Beweging van het achterbeen van het paard

Beweging van het achterbeen van het paard
Toen we spraken over het voorbeen, zeiden we dat er geen gedefinieerd draaipunt was omdat het voorbeen middels spieren aan de romp is bevestigd, dus het schouderblad draait als het ware tegen de borst.

Bij het achterbeen is dit anders omdat het stevig vastzit – been aan het bekken via het heupgewricht en bekken aan de wervelkolom via het sacro-iliacale (SI) gewricht.

Heupgewricht is draaipunt in stap en draf

Beweging van het achterbeen van het paard_heup gewricht

Het zou dus logisch zijn als het heupgewricht het draaipunt zou zijn tijdens de beweging van het achterbeen. Wanneer het been zich in de zwaaifase bevindt, beweegt het naar voren en draait het rond het heupgewricht. Wanneer de hoef op de grond staat, zich dus in de draagfase bevindt, beweegt het lichaam naar voren over de hoef en beweegt het ook rond het heupgewricht. Althans, dit is wat er gebeurt in de stap en de draf.

SI-gewricht is draaipunt in galop

Beweging van het achterbeen van het paard_SI gewricht

In de galop is dit echter anders. Elk been beweegt nog steeds rond het heupgewricht, maar beide benen zwaaien min of meer op hetzelfde moment naar voren en het bekken draait mee. Het draaipunt voor de galop wordt daarmee de lumbosacrale overgang – het punt in de wervelkolom waar de wervels van de lendenen (lumbale wervels) samenkomen met het heiligbeen (sacrum) (een solide geheel van de ruggengraat bestaande uit 5 gefuseerde wervels die aansluiten op het bekken bij het sacro-iliacale gewricht). Dit maakt dat de “hefboom” van de achterbenen veel langer is en vergroot dienovereenkomstig de paslengte. Deze informatie stond, zonder referentie, in “The Dynamic Horse” van Dr. Hilary M. Clayton. In detail zal het ingewikkelder zijn dan dit, maar het is logisch dat het in grote lijnen zo functioneert.

Beweging van het achterbeen van het paard_biomechanica galop 1

Zoals je op de foto’s kunt zien, is de hoek van het bekken ten opzichte van het lichaam van het paard verschillend, afhankelijk van het moment; of de benen naar voren bewegen…

Beweging van het achterbeen van het paard_biomechanica galop 2

…of gestrekt naar achteren zijn. Het is niet alleen het heupgewricht dat als scharnierpunt in deze gangen functioneert.

Beweging van het achterbeen; lolly’s en springveren

Beweging van het achterbeen van het paard_stap patroon

Iets anders dat erg interessant is, is de manier waarop de benen in de verschillende gangen bewegen. In de stap is het bewegingspatroon van het been als een “omgekeerde slinger”. (je kunt dit zien als een drietal lolly’s die vastzitten in een stuk kauwgom, maar hoe dan ook…) Terwijl het been op de grond wordt geplaatst, is het heupgewricht laag. Terwijl het lichaam voorwaarts over de hoef beweegt, stijgt het heupgewricht ten opzichte van de grond, met het hoogste punt in de middenstand – oftewel, wanneer het heupgewricht boven de hoef is. Wanneer het lichaam verder voorwaarts beweegt, komt het heupgewricht weer dichter bij de grond. (Dit patroon van hoe de benen bewegen werd voor het eerst voorgesteld door Cavagna, G.A. et al, in 1976 en 1977 in “The Journal of Physiology”. De – wat onnauwkeurig – gereproduceerde diagrammen, komen uit “BioMechanical Riding and Dressage – a Rider’s Atlas” van Dr. Nancy Nicholson.)

Deze foto’s zijn de best haalbare op dit moment, dus doen we het ermee voor nu…Als je een paard tegen een horizontale lijn kunt zien bewegen – in dit geval het hek – kun je de op en neer beweging van zijn achterhand zien in de verschillende fasen van de pas.

Beweging van het achterbeen van het paard_biomechanica stap 1

Op de eerste foto heeft het paard haar linker achterbeen zojuist neergezet en de volgende voet, die opgebeurd gaat worden, zal rechts achter zijn, voordat links voor wordt neergezet. Dus, op dit moment zijn haar achterbenen zo goed als het verst uitgestrekt in de stap. Je kunt de bovenkant van het hek boven haar achterhand zien.

Beweging van het achterbeen van het paard_biomechanica stap 2

In de tweede foto is haar rechter achterbeen net langs haar dragende linker achterbeen gezwaaid, dus is ze net voorbij de middenstand van links achter, het moment waarop haar heupgewricht het hoogste punt bereikt. Je kunt zien dat haar achterhand nu hoger is dan het hek. Dus haar hele achterhand komt omhoog wanneer het over het dragende been beweegt.

Beweging van het achterbeen van het paard_draf galop patroon

Echter, bij “verende gangen”, zoals draf en galop werken de achterbenen als “belaste springveren” (…met zo zijn eigen effect op de “omgekeerde slinger”). Oftewel, wanneer de hoef de grond raakt, is het heupgewricht hoog. Wanneer het lichaam over de hoef beweegt, zakt het been en slaat een deel van de energie op in de elastische structuren van het been. Bij deze gangen is het heupgewricht het laagst wanneer het lichaam over het been in de middenstand beweegt. Daarna komt het weer omhoog als het been een deel van de opgeslagen energie vrij kan maken om het lichaam voort te stuwen. Opmerking: de heup van het dragende been is altijd hoger dan die van het zwaaiende been. (Of, anders gezegd, het bekken kantelt; aan de kant van het dragende been is die hoger terwijl de heup aan de kant van het zwaaibeen lager is.) In draf en galop zakt de gehele achterhand wanneer het over het dragende been beweegt.

Beweging van het achterbeen van het paard_biomechanica draf 1

In de eerste foto zijn links achter en rechts voor zojuist geland, dus dit is het begin van de draagfase. Je ziet dat de achterhand net een beetje hoger is dan de bovenste balk van het hek.

Beweging van het achterbeen van het paard_biomechanica draf 2

De volgende foto die we konden maken is 3/4de stap later. Het is zo ongeveer halverwege de pas waarbij links achter voorbij het dragende rechter achterbeen zwaait. Je kunt de bovenste balk van het hek boven haar billen zien. Oftewel, haar achterhand is lager tijdens de middenstand van de drafpas wanneer het gewicht over de dragende benen beweegt. Dit effect is nog beter zichtbaar in de galop. Maar om daarvan echt goede foto’s te maken is een betere camera nodig.

Geldt dit ook voor het voorbeen?

We weten dat energie wordt geabsorbeerd in, en vervolgens wordt vrijgegeven door, de elastische weefsels van het voorbeen op eenzelfde manier als in de achterbenen, vooral in de snellere gangen. Je mag echter verwachten dat zaken minder duidelijk zichtbaar zijn omdat de slinger van spieren, die de voorkant van het lichaam tussen de voorbenen ophangt, deze effecten dempt. Maar, een duidelijke, vergelijkbare uiteenzetting over hoe e.e.a. precies werkt voor de voorbenen, is nog niet voorbij gekomen.

We vervolgen onze weg; op naar de wervelkolom!

Bovenstaande is gebaseerd op een artikel gepubliceerd door Rod & Denise Nikkel, Western Saddle Fit, Canada. Het originele artikel vind je hier. Meer informatie over Rod & Denise lees je hier.