In het eerste artikel over de botten en gewrichten in het achterbeen van het paard hebben we voornamelijk naar het bovenste deel van het dijbeen en het heupgewricht gekeken. Laten we dan nu naar het onderste deel van het dijbeen kijken. Dit is het vooraanzicht van het linker dijbeen en scheenbeen, dus we kijken naar de voorkant van het kniegewricht. De buitenkant van het paard is aan onze rechterkant en de verbinding met het bekken bevindt zich links van ons.
Kniegewricht met knieschijf
Aan de onderkant van het dijbeen bevinden zich twee knobbels met een groeve ertussen. Dit wordt de “trochlea” genoemd. De groeve is waar de knieschijf, of ook wel “patella”, in glijdt. De mediale rand van de trochlea (aan de binnenzijde van het been) is groter dan die aan de buitenkant (de laterale zijde). Dit is belangrijk. Echt…
Terwijl mensen één ligament hebben vanaf de knieschijf naar beneden (dat is waar de dokter met de rubberen hamer op tikt om je reflexen te testen) heeft een paard er drie – één in het midden en één aan beide zijkanten van de trochlea randen.
Deze constructie maakt deel uit van de reden waarom een paard rechtop kan slapen, en waarom ze zo vaak met één achterbeen ontlast staan te rusten.
Het sta apparaat
Wanneer paarden op rust willen gaan staan, brengen ze gewicht op het “stand” achterbeen en strekken het (maken het recht), waarbij ze hun quadriceps-spieren aantrekken. Hierdoor wordt de knieschijf omhoog getrokken, tot boven de trochlea. Vervolgens trekken ze de knieschijf naar binnen, zodat deze boven de mediale rand van de trochlea komt met een van de knieschijf ligamenten aan elke kant ervan. Dan kunnen ze hun spieren ontspannen en is de knieschijf achter die rand vastgehaakt. Het blijft daar terwijl alleen de ligamenten het gewricht fixeren. (Er zit extra kraakbeen aan de binnenkant van de knieschijf om het op deze manier op zijn plaats te houden.) Om het kniegewricht weer te mobiliseren, moet het paard zijn gewicht verplaatsen naar het andere achterbeen, de knieschijf omhoog en zijwaarts trekken om zo de knieschijf weer “los te haken”, en het paard is klaar om te gaan. Heel handig als je prooidier bent.
Oké. Dus dit zet de knie op slot, maar waarom zakt de rest van het achterbeen van het paard dan niet alsnog door? Tja, ook daar heeft de natuur iets op bedacht. Sommige spieren van het achterbeen bestaan voornamelijk uit peesweefsel. Deze spieren hechten boven het kniegewricht en onder het scheenbeen. Aan de voorkant hechten ze aan op het pijpbeen (metatarsaal III). Aan de achterkant verbinden ze zich met de calcaneus, een van de belangrijkste botten van het spronggewricht. Dus het achterste deel van het sta apparaat maakt deel uit van de achillespees van het paard. Met deze zeer sterke, niet-elastische banden op deze manier bevestigd, geldt dat wanneer het spronggewricht buigt, ook het kniegewricht buigt. En wanneer de knie strekt, doet de sprong dat ook. Hoewel het zo veel gemakkelijker zou zijn, tijdens het bekappen en beslaan, als het kniegewricht zou buigen en het spronggewricht zo strekken, is dit simpelweg niet mogelijk. Ze buigen allebei op dezelfde manier, tenzij er iets ergs (levensbedreigend) is gebeurd.
Er zijn vergelijkbare banden in het onderste deel van het achterbeen van het paard. En met de kogel zoals ze is, is het eindresultaat dat als de knie in extensie (gestrekte positie) wordt vergrendeld door de knieschijf, dan is het hele been vergrendeld zodat het niet kan buigen. En aangezien het gewicht van het paard dan wordt gedragen door ligamenten en pezen, kunnen de spieren volledig ontspannen terwijl het paard toch rechtop blijft staan. Dan kunnen ze het andere been met de teen op de grond laten rusten en gaan slapen. (Er zitten vergelijkbare constructies in de voorbenen om ervoor te zorgen dat ook deze gestrekt blijven staan.)
Fascinerend, hoe het allemaal werkt, toch? Vee heeft overigens ook drie knieschijf-ligamenten, maar zij beschikken niet over een “sta-apparaat” waardoor ze rechtop kunnen slapen, dus liggen ze te slapen. En er zijn veel andere dingen die variëren tussen soorten, niet alleen in de anatomie, maar ook in hoe precies een soortgelijke anatomie functioneert.
Op naar het volgende artikel; draaipunten en hoe het achterbeen beweegt. Het is niet zo eenvoudig als je zou denken!!
Bovenstaande is gebaseerd op een artikel gepubliceerd door Rod & Denise Nikkel, Western Saddle Fit, Canada. Het originele artikel vind je hier. Meer informatie over Rod & Denise lees je hier.